Op vrijdag 12 december 2025 hebben de Provinciale Staten van Noord-Brabant de “Omgevingsverordening Noord-Brabant - regelwijziging 2” vastgesteld. Via deze weg willen wij je informeren over deze wijziging en de mogelijke gevolgen voor uw bedrijfssituatie.
Wat houdt deze Omgevingsverordening concreet in?
Op 1 juli 2026 worden alle veehouderijen verplicht feitelijke maatregelen te nemen om te voldoen aan de (reducerende) emissie-eisen vanuit de verordening voor zowel bestaande als nieuwe stallen.
Voor bestaande stallen geldt dat bij de diercategorie rundvee met een huisvestingssysteem waarvoor 20 jaar of langer geleden en bij overige diercategorieën 15 jaar of langer geleden een milieutoestemming is verleend, er een reductie van ammoniakemissie moet plaatsvinden variërend van 10 tot 50%. Bij nieuwe dierverblijven loopt dit percentage op tot 70% bij rundvee en 85% bij overige diersectoren.
Nieuw ten opzichte van de eerdere ontwerp Omgevingsverordening is een onderscheid in bedrijfsomvang voor melkveebedrijven, waarbij lagere reductie-eisen gelden voor bestaande dierenverblijven voor locaties met minder dan 100 melkkoeien (30%) in plaats van 50% voor locaties groter dan 100 melkkoeien. Voor nieuw te bouwen dierenverblijven wordt verschil gemaakt in de reductie-eis voor dierenverblijven met opstallen (70%) tegen 50% bij beweiden. Voor jongvee en vleesvee is een reductie-eis van 10% opgenomen, wat bij jongvee alleen behaald kan worden door beweiden en bij zoogkoeien en vleesvee alleen door het houden van 10% minder dieren.
Voor de vleeskalveren, geiten en varkens is een reductie-eis opgenomen van 60% voor bestaande dierenverblijven en 85% voor nieuwe dierenverblijven. Voor pluimvee is dat 50%, respectievelijk 85%. Hierbij wordt bijvoorbeeld het installeren van een luchtwasser op een bestaande stal gezien als “nieuwe” stal met bijbehorende reductie-eis van 85%.
De kern van het beleid is het loslaten van emissiedaling door alleen het toepassen van huisvestingssystemen of luchtwassers en het invoeren van de systematiek van melden. Naast systemen zijn er nu ook voer- & managementmaatregelen, natuurinclusieve veehouderij en het houden van minder dieren als maatregel opgenomen om te komen tot de vereiste reductie, deze zijn vermeld in de zogenaamde menukaart.
Uiterlijk 4 weken voorafgaand aan het uitvoeren (dus uiterlijk 3 juni 2026) van de reducerende maatregel, dient de gekozen maatregel gemeld te worden. Via een maatwerkvoorschrift of het aanpassen van de natuurvergunning wordt de daling in emissie juridisch vastgelegd.
Slapende vergunning en latente ruimte, wat gebeurt daarmee?
Als tweede maatregel hebben provinciale staten de maatwerkregel Tijdelijk handelingsverbod veehouderijen vastgesteld. De maatwerkregel “Tijdelijk handelingsverbod veehouderijen” ziet toe op het intrekken van latente ruimte voor niet meer in werking zijnde veehouderijen (slapende vergunningen) en niet gerealiseerde dierenverblijven bij in werking zijnde veehouderijen.
Vanaf 1 juli 2026 is het oprichten van een dierenverblijf niet meer toegestaan als de natuurvergunning langer dan 3 jaar geleden is verleend. Als in een dierenverblijf langer dan 3 jaar geen dieren (bedrijfsmatig) zijn gehouden (slapende vergunning), mag het dierenverblijf niet meer opnieuw in gebruik genomen worden.
Hoe wordt het bedrijfslocatieplafond bepaald?
Met de aanpak wordt er door de provincie toegewerkt naar een systeem met een bedrijfslocatieplafond voor ammoniakemissie. Dat locatieplafond wordt berekend op basis van de regels in de Omgevingsverordening in combinatie met de leeftijd van het aanwezige huisvestingssysteem en de dierplaatsen zoals die op 1 juli 2026 zijn vergund.
Hoe nu verder?
Voldoet uw bedrijf (nog) niet aan de emissie-eisen en zijn er dierenverblijven ouder dan 15 jaar of 20 jaar (rundvee) dan verplicht de provincie dat u maatregelen gaat treffen en daarvan een melding doet.
Ook als er leegstaande dierenverblijven zijn, of als er onbenutte ruimte is binnen de geldende natuurtoestemming, is het verstandig om snel actie te ondernemen.
Zorg dat u op de hoogte bent over uw bedrijfs(locatie)situatie!
Heeft u vragen?
Het is noodzakelijk en vaak complex om goed inzicht te krijgen wat deze Omgevingsverordening nu exact voor uw bedrijf of locatie betekend en om vervolgens de juiste strategische procedures te volgen. Wij helpen en begeleiden je hier graag bij.
Neem gerust vrijblijvend contact met ons op via 088-236 82 36 of via info@rombou.nl
Samen met u bepalen wat in uw situatie de beste strategie is.